Israëlische aanval geen zelfverdediging, wel schending internationaal recht
- Link ophalen
- X
- Andere apps
Dinsdag 17 juni 2025 | Het laatste nieuws het eerst op NU.nl

Israëlische aanval geen zelfverdediging, wel schending internationaal recht
De Israëlische aanvallen op Iran begonnen in de nacht van donderdag op vrijdag. De Israëlische premier Benjamin Netanyahu spreekt van zelfverdediging en de westerse internationale gemeenschap gaat daar veelal in mee. Onder anderen de Britse premier Keir Starmer, de Franse president Emmanuel Macron en Europese Commissie-voorzitter Ursula von der Leyen namen die term in de mond.
Maar het internationaal recht denkt daar anders over. "De aanval van Israël op Iran was niet toegestaan", zegt universitair hoofddocent internationaal strafrecht Marieke de Hoon. In 1945 is door de Verenigde Naties afgesproken dat staten geen geweld tegen elkaar mogen gebruiken of daarmee mogen dreigen, legt ze uit. "Je mag als land niet een ander land aanvallen, tenzij er bijvoorbeeld sprake is van zelfverdediging."
In het geval van de Israëlische aanval op Iran was dat niet zo. "Je hebt recht op zelfverdediging tegen een gewapende aanval van een andere staat. Je hoeft dan niet te wachten tot de raketten al onderweg zijn, dus je mag reageren op een aanval die ophanden is", zegt De Hoon. "Wat je als land niet mag doen, is zeggen dat een regime jou vijandelijk gezind is en je misschien in de toekomst zal aanvallen, en dat je een dreiging voelt. Dat is niet voldoende."
Het moet in zo'n geval dus om een concrete dreiging gaan. Volgens Israël is het Iraanse nucleaire programma dat. Netanyahu zei dat Iran "binnen zeer korte tijd" een kernwapen zou kunnen maken. Twee weken geleden bracht het Internationaal Atoomagentschap (IAEA) een verslag uit, waarin het stelde dat Iran versneld uranium verrijkt. Daarin werd niet benoemd of het land ook snel kernwapens zou kunnen produceren.
2:17Satellietbeelden tonen schade in Iran: dit raakt Israël (maar dit niet)
Geen sprake van concrete dreiging vanuit Iran
Het is een publiek geheim dat Israël momenteel het enige land in het Midden-Oosten met nucleaire wapens is, wat bijdraagt aan de sterke positie van het land. Als Iran ook zulke wapens heeft, wordt de positie van Israël ondermijnd. "Bij Netanyahu gingen na die boodschap van het IAEA alle alarmbellen af", zegt Midden-Oostenexpert Paul Aarts.
Naast het verslag van het IAEA stond er afgelopen weekend ook een overleg tussen de VS en Iran op de planning. Het onderwerp? Het Iraanse nucleaire programma. Een deal tussen die twee landen ziet Israël niet zitten, zegt hoogleraar internationale politiek Koert Debeuf. "Zo'n deal wilde Israël dan ook eigenlijk torpederen."
Israël is de sterkste bondgenoot van de VS in het Midden-Oosten en nauwere diplomatieke banden tussen Iran en de VS zouden die positie kunnen bedreigen. "Het overleg tussen de VS en Iran verliep stroef en leidde nog tot niets, maar dat ze bleven doorpraten was een gevaarlijk signaal voor de Israëlische premier Benjamin Netanyahu", zegt Aarts.
Maar was er met al die zaken dan ook sprake van een concrete dreiging? Volgens de experts niet. "Ik zie geen concrete dreiging vanuit Iran zelf. Wel vanuit Hamas of Hezbollah, maar niet vanuit Iran", zegt Debeuf. Aarts sluit zich daarbij aan.
"Er is geen bewijs dat Iran momenteel atoomwapens heeft of een kernbom maakt", zegt hij. "Het verrijkt wel veel uranium, maar dat betekent niet dat je meteen een bom hebt die je kunt afvuren. Volgens nucleaire experts kan dat een half jaar tot een jaar duren. Dat onderstreept alleen maar dat er geen sprake was van een acute dreiging."
Beide landen schenden oorlogsrecht
Naast het internationaal recht schendt Israël ook het oorlogsrecht. In Iran zijn burgerdoelen als woonwijken, gasvelden en een televisietoren aangevallen. Volgens het oorlogsrecht ben je verplicht onderscheid te maken tussen strijders en burgers, legt De Hoon uit.
Ook Iran maakt zich hier schuldig aan. Hoewel het land recht heeft om verdedigingsaanvallen uit te voeren op Israël, moeten die wel proportioneel blijven en gericht zijn op het tegenhouden van meer Israëlische aanvallen, zegt De Hoon. Maar bij Iraanse aanvallen op Israël zijn tot nu toe ook al meerdere burgers om het leven gekomen.
Landen die het internationaal recht schenden, hebben overigens vrij weinig te vrezen. "Internationale wetten worden nog slechter nageleefd dan nationale", stelt Amnesty International. De reden daarvoor ligt volgens de organisatie voor de hand: "Er is geen internationale politie die de wetten handhaaft."
Schending internationaal recht nog niet veroordeeld door wereldleiders
Maar de schending van het internationaal recht door Israël wordt dus (nog) niet hard veroordeeld door westerse leiders. "Ze vinden het allemaal 'zorgwekkend' en 'betreurenswaardig'", zegt Aarts. "Maar Israël wordt niet tot de orde geroepen en er wordt niet gedreigd met serieuze sancties."
De Hoon vindt dat wereldleiders meer nadruk zouden moeten leggen op het internationaal recht dat wordt geschonden. "Het wordt snel versimpeld en er wordt gedacht in een zwart-wit vijandelijk beeld: Israël is onze vriend en Iran is onze vijand, of andersom. Maar er is meer nuance nodig."
"Ook als je wil zeggen dat je de aanval van Israël begrijpt, kun je tegelijkertijd benoemen dat Israël het internationaal recht hiermee schendt en dat beide partijen moeten worden gedwongen om verdere escalatie, burgerslachtoffers en vernietiging te voorkomen."
Voor dit artikel sprak NU.nl met de volgende experts:
- Paul Aarts: Midden-Oostenexpert aan de Universiteit van Amsterdam
- Marieke de Hoon: universitair hoofddocent internationaal strafrecht aan de Universiteit van Amsterdam
- Koert Debeuf: hoogleraar internationale politiek en Midden-Oosten aan de Vrije Universiteit Brussel en Research Fellow aan de University of Oxford
- Link ophalen
- X
- Andere apps
Reacties
Een reactie posten