Hoe Melkert en Plasterk de woorden aanleverden waarmee Yesilgöz nu Timmermans aanvalt

NieuwsbriefMachtige Tijden
Hoe Melkert en Plasterk de woorden aanleverden waarmee Yesilgöz nu Timmermans aanvalt
Vóór de campagne doen partijen er alles aan hun concurrenten maximaal te beschadigen. Recent voorbeeld: hoe GroenLinks-PvdA het etiket van een verdeelde, radicale en elitaire fusiepartij kreeg opgeplakt (en dit beeld nu zelf versterkt). Hoe begint zoiets, wat zit erachter, waar eindigt het?
Presentatoren Sam Hagens en Welmoed Sijtsma van Goedenavond Nederland.
— FOTO JEROEN JUMELET/ANPIn 2023 veranderde de electorale kaart drastisch. Sinds WOII stemde doorgaans een kleine meerderheid, 50 tot 55 procent, (centrum)rechts. Twee jaar geleden veranderde die verhouding in, grofweg, twee derde (centrum)rechts en één derde (centrum)links.
Daarna wijzigde ook de oriëntatie van professionele media, waardoor het hele media-politiek-complex naar rechts opschoof. In de televisiewereld, die in campagnes de meeste invloed heeft, vielen bij de commerciëlen SBS6 op, en bij de publieke omroep WNL. Zeker WNL, bestuurd door overwegend VVD’ers, is invloedrijk: de omroep verzorgt deze zomer alle talkshows op NPO 1. En VVD-campagnes waren eerder uiterst bedreven in het vroegtijdig beschadigen van de electorale concurrentie.
Vandaar dat ik eens heb bekeken hoe het „verdeelde”, „radicale” en „elitaire” imago van GroenLinks-PvdA kon ontstaan – want de kritiek op die partij valt nogal op.
De eerste jaren van Mark Rutte als premier, tussen 2010 en 2017, waren GroenLinks en PvdA loyale bondgenoten. Toen in 2011 zijn toenmalige gedoogpartner Geert Wilders niet thuis gaf, was GroenLinks een van de oppositiepartijen die de VVD-premier aan een meerderheid hielpen voor een politiemissie in het Afghaanse Kunduz.
In 2012 – Wilders had Rutte I opgeblazen – was opnieuw GroenLinks een van de oppositiepartijen die de VVD-premier steunden bij vergaande bezuinigingen en hervormingen (verhoging AOW-leeftijd, versoepeling ontslagrecht). GroenLinks moest dat jaar boeten bij de verkiezingen.
De PvdA werd na de VVD de tweede partij, en ook partijleider Diederik Samsom kwam in 2012 vergaande hervormingen met Rutte overeen. De premier hield zich bij de verkiezingen van 2017 staande, maar de PvdA betaalde een historisch hoge prijs.
Tegen die achtergrond is het best interessant dat deze twee partijen, bijna gefuseerd, nu ineens radicaal en elitair zouden zijn.
Decennia wanbeleid
De eerste PvdA-prominent die na de uitslag van 2017 een samengaan bepleitte was, nu niet lachen, Ronald Plasterk. In de formatie ging Rutte dat jaar tot het uiterste voor een akkoord over streng asielbeleid met GroenLinks. Jesse Klaver haakte in een laat stadium af: het bevestigde zijn reputatie onder VVD-kiezers.
Toch bleef Klaver gesprekspartner voor Rutte, wat nog in 2019 leidde tot een akkoord van Rutte III met GroenLinks inzake klimaatbeleid. En toen de Raad van State later dat jaar een totale stop zette op meer stikstofneerslag, was dat in feite een veroordeling van decennia wanbeleid ten gunste van de landbouw.
Toch voelde diezelfde landbouw zich gepakt toen bleek dat Rutte III de gerechtelijke uitspraak in 2019 wilde naleven: er kwamen tegenkrachten los.
In de VVD werd dat jaar werd Klassiek Liberaal opgericht, conservatieven die zich intern roerden. Maar toen Rutte in de formatie van 2021 opnieuw een kabinet met GroenLinks overwoog, trapte oprichter Ad Lagas in Nieuwsuur op de rem.
„Voor ons is GroenLinks een no go’’, zei hij. Op de website van Klassiek Liberaal stond wat er anders dreigde: „We zetten daarmee de deur wijd open naar nieuwe conservatief-populistische partijen rechts van de VVD. Dat is dan het einde van de VVD als brede volkspartij.’’
Rutte koos tegen een coalitie met GroenLinks-PvdA, die inmiddels samen optrokken. Maar om niet ook D66 als coalitiepartner te verliezen moest de VVD inzake stikstof en klimaat concessies doen. De periode van de omgekeerde vlaggen brak aan.
‘Linkse kak’
In zijn Telegraaf-column noemde Plasterk in 2022 de opvattingen van GroenLinks en D66 over klimaatbeleid elitair: „Linkse kak.” En in een Volkskrant-stuk tegen de fusie laakte oud-PvdA-leider Ad Melkert in 2024 het „klimaatradicalisme” van GroenLinks. (Zelf werd Melkert op jonge leeftijd politiek actief in de Politieke Partij Radicalen, PPR, een voorloper van GroenLinks.)
Zo kwam alles samen: de begrippen die oud-PvdA-prominenten op de fusiepartij plakten – elitair, radicaal – werden eindeloos hergebruikt in het media-politiek-complex. Soms leek oud-PvdA-Kamerlid Rob Oudkerk – de sociaaldemocraat die in 2002 zelfs Pim Fortuyn de loef afstak met de introductie van de term ‘kut-Marokkanen’ – niet weg te slaan bij SBS6 en WNL.
Dus toen VVD-lijsttrekker Dilan Yesilgöz na de val van het kabinet op het VVD-congres laatst sprak over de „radicale” achterban van het „elitaire” GroenLinks-PvdA, putte ze uit het voorwerk van talrijke PvdA-kopstukken.
Ook werd in SBS-talkshows veelvuldig voorspeld dat de fusiepartij aan verdeeldheid ten onder zou gaan. „GroenLinks en PvdA – dat zal nooit een eenheid worden”, oordeelde Johan Derksen in het najaar van 2024 in Vandaag Inside.
Een andere kenner, voetbalcommentator Jack van Gelder, kwam maart 2025 in Oranjezomer (ook SBS6) tot dezelfde analyse: „Je hebt de socialisten bij de PvdA en radicaal-links bij GroenLinks. Dan krijg je gewoon een probleem, want dat botst met elkaar.”
Het herinnerde aan de tactiek die de PvdA, destijds de grootste, in de jaren zeventig hanteerde tegen de ophanden zijnde fusie van het CDA: tamboereren op interne verdeeldheid om te beletten dat de fusiepartij de grootste werd. Feit is dat de uitslag van 2023 bij VVD’ers een zelfde vrees over GroenLinks-PvdA aanwakkert.
Tegelijk is de VVD zelf ook opzichtig verdeeld. Twee dagen voordat Yesilgöz de PVV formeel uitsloot als coalitiepartner, bepleitte Klassiek Liberaal in Wynia’s Week het uitsluiten van Timmermans. Vijf dagen nadat Yesilgöz op dat VVD-congres had gepolariseerd met GroenLinks-PvdA, richtte oud-VVD-fractievoorzitter Klaas Dijkhoff een vereniging tegen polarisatie op die „de milde meerderheid” wil aanspreken.
En nadat het kabinet in een eerste reactie de Israëlische aanval op Iran „betreurde”, reageerde oud-VVD-minister Uri Rosenthal (Buitenlandse Zaken) gebeten op – onder meer – zijn partijgenoot Ruben Brekelmans, minister van Defensie: „Twee keer goed mis. Israël verdedigt zich niet alleen ten behoeve van de eigen bevolking maar ook van alle landen, waaronder ons land.”
Minder belangstelling
Verdeeld over coalitievorming, de eigen politieke houding, het Midden-Oosten: relevante thema’s, zou je denken, maar misschien hebben ze daar bij SBS6 en WNL minder belangstelling voor.
Ook is de vraag hoe raak de analyses van de voormalige PvdA-helden zijn. Is bijvoorbeeld het klimaatbeleid inderdaad het werk van een radicale linkse elite? Het gaat om uitvoering van het Parijsakkoord uit 2015, reden waarom Rutte III in 2019 besloot een nationale CO2-heffing in te voeren. Bedrijven waren daar altijd al tegen. En deze week hielp de VVD, die de heffing jaren verdedigde, voorstanders van afschaffing alsnog aan een Kamermeerderheid.
Alleen: de VVD-vicepremier, minister van Klimaat en Groene groei Sophie Hermans, probeerde de VVD-fractie tot het allerlaatst op andere gedachten te brengen, noteerde het AD, ook omdat goede alternatieven ontbreken. Zo elitair of radicaal is dit klimaatbeleid volgens dit VVD-kopstuk blijkbaar nou ook weer niet.
Premier Mark Rutte tijdens een bezoek aan Kamp Holland in Afghanistan in 2013.
— FOTO EVERT-JAN DANIELS/ANPEn dan is er de kwestie Israël/Hamas/Iran. Verbolgen VVD’ers verspreiden al weken het bericht dat twee oud-GroenLinks-Kamerleden steun uitspreken aan een oproep – Geen woorden maar daden – die Palestijnen het recht toekent zich gewapend te verzetten tegen bezettingen door kolonisten, die naar internationaal recht illegaal zijn.
In De Telegraaf bepleitte columnist Nausicaa Marbe dat GroenLinks-PvdA hiervoor alsnog door de VVD wordt uitgesloten, aangezien de linkse partij „sociaal ontwrichtend radicalisme en extremistisch geweld” zou „promoten”.
Twee oud-Kamerleden zijn ‘dé partij’? En dan: tussen de ondertekenaars zag ik ook Erik Tilanus staan, secretaris van het CDA-Ledenberaad Midden-Oosten en telg uit het CHU-geslacht Tilanus. Ik belde hem even en hij stuurde me de inbreng van het Ledenberaad voor het CDA-verkiezingsprogramma, waaronder „opschorting van militaire samenwerking en wapenhandel”. Moet de VVD dan nu ook het CDA uitsluiten?
Vorige week noemde ik hier de motie-Piri ondoordacht, omdat ontzegging van verdedigingswapens aan onschuldige burgers in oorlogstijd nooit te rechtvaardigen is. Niettemin waren de leden van de fusiepartij er op het congres niet enorm verdeeld over (misschien iets voor SBS6).
Wel zegden allerlei PvdA-prominenten hun lidmaatschap op, onder wie de beledigde oud-Kamervoorzitter Gerdi Verbeet. In de VVD hoopten ze openlijk op een nieuw DS70, dat zich uit verzet tegen Nieuw Links afsplitste van de PvdA. VVD-kopstuk Uri Rosenthal beloofde uitgetreden PvdA’ers zelfs „een donatie” als ze een nieuwe partij oprichten.
Alleen: DS70 had de jonge Drees, de zoon van de oud-premier, en een jonge Melkert of jonge Verbeet heb ik nog niet gezien. Een recent Ipsos I&O-onderzoek toont bovendien aan dat de steun voor het Nederlandse Israël-beleid bij het hele electoraat daalt, zeker onder GroenLinks-PvdA-aanhangers.
Uiteraard zijn ze in de VVD niet vergeten dat je met GroenLinks-PvdA prima kunt samenwerken. Maar de kiezer is opgeschoven naar rechts, en dat schept retorische verplichtingen: vandaar dat GroenLinks-PvdA een ideaal doelwit voor heel rechts is geworden.
Het biedt de fusiepartij ook ruimte een campagne zonder handrem te voeren. Voluit voor het eigen geluid, controverse creëren, de andere partijen dwingen op jou te reageren. Zo won Den Uyl driemaal in de jaren zeventig en tachtig, Fortuyn in 2002, en Wilders in 2010 en 2023.
Verheffend wil ik het niet noemen. Maar kansloos ook niet. Het is wat ontstaat als één partij te lang een te gemakkelijk doelwit voor de anderen is.
Reacties
Een reactie posten